ALTENA – “Gemeente vangt geld voor stoppende veehouder.” Dat is de aanhef van een set vragen die VVA stelde aan het college van BenW. De partij refereert hierbij aan een bericht in het Reformatorisch Dagblad dat gemeenten mee profiteren van de uitkoopregelingen voor veehouders in het kader van het stikstofbeleid. Maar vangt de gemeente dubbel geld als de veehouder andere activiteiten op zijn erf wil ontplooien, vraagt de VVA-fractie zich af.
Per stoppende boer ontvangt een gemeente een vrij te besteden bedrag van 27.000 euro. Deze zogeheten decentralisatie-uitkering zou aan gemeenten gegeven worden vanwege de extra (personeels)kosten die de gemeente eventueel maakt om bijvoorbeeld de bestemming van het boerenerf te veranderen. Gemeenten hoeven het geld niet aan te vragen en achteraf evenmin te verantwoorden waar ze de euro’s aan hebben besteed.
Twee keer geld
Dit leidde bij Vrije Volkspartij Altena tot de vraag of de gemeente bekend is met deze decentralisatie-uitkering en of bekend is hoeveel boeren in de gemeente Altena stoppen met hun bedrijf in het kader van
de uitkoopregelingen. ‘Klopt het dat een boer, nadat hij zijn bedrijf beëindigd heeft en iets anders op zijn erf wil starten, reguliere leges moeten betalen als daarvoor van de gemeente toestemming nodig is?’
De gemeente zou in dat geval dan twee keer geld ontvangen voor hetzelfde werk, althans zo lijkt het.
De fractie wil weten of het college bereid om deze stoppende veehouders die een andere bestemming voor hun erf willen, tegemoet te komen in de kosten voor leges.
