WERKENDAM – Het college van de gemeente Altena heeft bij de provincie Noord-Brabant sterk gepleit om het gebied ten westen van de Kop van Brabant als ontwikkellocatie voor bedrijventerrein aan te wijzen. Ook is bestuurlijk gesproken met de verantwoordelijk gedeputeerde. De provincie heeft laten weten geen mogelijkheden te zien om in te stemmen met het verzoek van gemeente Altena. Het college vraagt de provincie alsnog gezamenlijk een nadere verkenning te laten uitvoeren naar ontwikkel- en compensatiemogelijkheden in het gebied zelf.
Aanleiding van dit alles is een eerder unaniem aangenomen motie (maart 2025). De gemeenteraad wilde ontwikkeling in de ‘oksel’ van de Kop van Brabant en niet langs de A27 ter hoogte van Werkendam-Noord. Deze optie zou minder gevolgen hebben voor het landschap en de Nieuwe Hollandse Waterlinie (UNESCO-erfgoed).
Het college stuurde vervolgens een brief (april 2025) aan de provincie Noord-Brabant met daarin de voorkeur van de raad. Wethouder Hans Tanis ging vervolgens in gesprek met gedeputeerde Stijn Smeulders.
Eind mei liet de provincie schriftelijk weten geen mogelijkheden te zien voor ontwikkeling van een bedrijventerrein in de oksel van de Kop van Brabant. De Provincie stelde dat een bedrijventerrein op die plek negatieve gevolgen gaat hebben voor het erfgoed van de Hollandse Waterlinies.
Het college van Altena houdt niettemin vast aan het alternatief. Daarom werd opnieuw een brief gestuurd met het verzoek om samen met de provincie een verkenning uit te voeren naar een gedeeltelijke ontwikkeling, met passende maatregelen die de Hollandse Waterlinie beschermen. De gedachte is om mogelijke schade te compenseren met verbeteringen in het gebied zelf.
De gemeente komt na de zomer met een voorstel over de visie rond Werkendam-Noord.
(Foto Altena.Net)
LEES OOK
Gemeenteraad vindt uitbreiding ‘oksel’ Kop van Brabant betere optie